Van 21 mei  tot en met 1 juni vindt op het Malieveld in Den Haag de eenenvijftigste Pasar Malam Besar plaats. Oke, officieel heet het ‘grootste Euraziatische festival ter wereld’ nu Tong Tong Fair, maar de naamswijziging, die volgens de organisatie de Indische identiteit moet benadrukken, viel niet bij iedereen in goede aarde. Als kleine pleister op de wond is het festival (voorlopig) op internet nog te vinden via www.pasarmalambesar.nl.

Het Indische definieert zich volgens het persbericht dat de organisatie begin april uitgaf, het best als een harmonieuze en verleidelijke cultuurvermenging van Oost en West. Op zoek naar verleiding en harmonie streepte ik in het programma alvast de meest opvallende en interessante dingen aan.

Er is uiteraard veel muziek met gemengde invloeden, zoals krontjong , maar er is ook aandacht voor jazz van Indische muzikanten uit den Haag. Omdat het thema dit jaar de zee is, is er extra veel Polynesische muziek gepland, met daarnaast ‘de beste hawaiian muziek en dansgroepen uit Nederland’. Vast harmonieus, maar verleidelijk? Wat is dat toch, dat veel Indo’s dat zo leuk vinden?

tong-tong-fair-pasar

Waar ik wel door verleid word zijn een aantal interessante lezingen en voorstellingen in het Bibit-theater en het Cultuurpaviljoen. Er is veel aandacht voor de geschiedenis, met bijvoorbeeld een expositie over Indische interieur (o.a. met de filmkamer uit Ver van Familie), een wayangshow over de onafhankelijkheidsstrijd in Indonesië (21 en 23-25 mei) en de Indische school met elke dag een aantal geschiedenislessen met medewerker van onder meer mijn medeblogger Kirsten Vos.

En zeer verleidelijk: de Ind(ones)ische eetcultuur die als vanzelfsprekend volop vertegenwoordigd is. Ik ga dus weer veel te lekker en dus veel te veel eten, om vervolgens met een heerlijke, hete nasmaak in mijn mond, een vies servetje en zakje kroepoek in mijn hand, weer te gaan zitten bij een volgend onderdeel. Voor mij is dat toch wel de echte Pasar Malam ervaring.

Jammer genoeg zijn er dit jaar ook een aantal dingen niet te vinden. Een duidelijke programmering voor en met jongeren bijvoorbeeld. Traditiegetrouw is er voor de eerste en tweede generatie Indische Nederlanders veel plaats, maar de jongeren komen er ook dit jaar bekaaid vanaf. Niet erg harmonisch wat mij betreft.

Verder vind ik het een grote misser dat de organisatie geen ruimte heeft ingepland voor een discussie over het boek “Ons Indisch Erfgoed” van Lizzy van Leeuwen dat afgelopen jaar uitkwam en gemengde reacties kreeg. Met of zonder de auteur had over dat boek gesproken moeten worden. Natuurlijk, en zoals dat hoort, in goede harmonie. Maar misschien was dat nu juist het probleem…

De Pasar, nee ik bedoel: de Fair, zal dit jaar echter vast weer een succes worden. Ik heb er in ieder geval veel zin in. Waar gaat u dit jaar heen? En wat mist u in het programma?