Zwanger op de werkvloer

Ik mag echt in mijn handjes knijpen met deze zwangerschap. De misselijkheid is straal aan me voorbij gegaan en een paar weken terug zagen we op de echo dat we een zoon mogen verwachten, die zich vooralsnog goed ontwikkelt. Toch bereikten onlangs , in het pannenkoekenhuis van het Malieveld, mijn zwangerschapskwaaltjes een genant dieptepunt.

Ter voorbereiding op het interview met Siem Boon (deel 1 & deel 2), was ik in het pannenkoekenhuis op het Malieveld gaan zitten. Onder het genot van een serieuze portie poffertjes had ik het TTF-programma doorgespit, mijn jas aangetrokken en was ik weggelopen, naar de witte tenten op het Malieveld.

Nog maar net buiten, hoorde ik ‘Mevrouw, mevrouw!’ Ik draaide me om en zag de serveerster staan. Ik wist dat ik de laatste dagen erg vergeetachtig was, dus ik controleerde: tas, jas, sleutels, telefoon. Ja, alles was er. Verbaasd liep ik naar haar toe. Wat was er aan de hand? En toen zag ik het, het witte briefje in haar hand. De rekening.  Ik was weggelopen zonder te betalen, wat ik nog nooit in mijn leven gedaan had. Ik kon wel door de grond zakken.

Op zich was er geen man overboord. Ik heb de rekening betaald, 1000 excuses gemaakt, de serveerster heeft me vergeven en ik mocht zelfs terugkomen om het interview met Siem Boon te doen (ik kreeg een dikke knipoog van dezelfde serveerster). Maar dat mijn zwangerschap op de raarste manieren inmiddels invloed heeft op mijn zakelijke ‘optredens’, was weer extra onderstreept.

Zwanger zijn op de werkvloer is apart. Een paar maanden geleden, in een gezelschap van alleen maar mannen, stelde ik me voor. Tijdens die introductie was ik bijna in huilen uitgebarsten. Ja, uit ontroering om wat ik zélf vertelde, ja. Ik vraag me nog steeds af of ze hebben gehoord dat mijn stem ging trillen, toen ik vertelde over mijn persoonlijke passie. En tijdens het diner met diezelfde groep kwam, naar aanleiding van mijn verzoek om biefstuk well done , mijn zwangerschap op tafel te liggen. Op zich, alle aanwezigen hadden zelf kinderen en kenden het hele gebeuren. Het ongemak dat ik voelde, kwam echt door mezelf.

Ik voelde me opeens een ‘prototype’ vrouw op de werkvloer. Sterker nog, mijn vrouw-zijn werd onderwerp van een gesprek met zakenrelaties die ik net had leren kennen. Het was een ongebruikelijke situatie. In mijn IT-tijd was ik een van de jongens geweest. In latere functies was ik uiterlijk een vrouw, maar in karakter zo eentje die niet was zoals al die andere vrouwen: uitermate zakelijk, logisch  redenerend en competitief. Een beetje een man in een vrouwelijk jasje, zeg maar. En nu was ik een vrouw geworden die emotioneel kon worden om niets.

Inmiddels ben ik er aan gewend om zwanger en zakelijk tegelijk te zijn. Maar dat is een heel proces geweest; fysiek, mentaal én emotioneel. Ik ben blij dat ik dat proces hier af en toe kan beschrijven. Want, al die uitingen van de veranderingen die ik nu doormaak, ik gok dat ik die straks straal vergeten ben. Gemakshalve.