‘Verlangen is een drijfveer’

In Wachten op geluk uit 2012 zet publicist en filosoof Coen Simon (1972, Indisch via beide ouders) essayistisch uiteen hoe hij verlangen ervaart. Dat we een jaar later pas aandacht aan dit boek besteden (jam karèt!), doet niets af aan het leesplezier. Wachten op geluk is een helder boek voor mensen die meer willen weten over het menselijk verlangen zonder dat ze zware, academische werken moeten doorspitten.

Coen Simon zoomt in op theorieën over verlangen van grote filosofen als Schopenhauer, Kant en Steiner, en gebruikt daarvoor zijn eigen herinneringen. In het eerste hoofdstuk begint hij met zo’n herinnering: eentje over het wachten op de geboorte van zijn dochter en het daarbij horende verlangen. Met die persoonlijke insteek maakt hij zijn boek voor een breed lezerspubliek toegankelijk én aantrekkelijk.

Zijn persoonlijke insteek maakt zijn boek aantrekkelijk.

Wachten op geluk Coen Simon

Wachten op geluk – Coen Simon. Ambo/ Anthos 2012.

Over de vrije wil
Simon weerlegt de theorie van Victor Lamme, hoogleraar neurowetenschappen, die stelt dat de mens geen vrije wil heeft. Volgens Lamme wordt alles bepaald in het brein en bedenken wij achteraf een reden bij een beslissing. Zo zegt hij: ‘De hersenwetenschap probeert juist te laten zien dat lichaam en geest verschillende manifestaties zijn van hetzelfde ding.

Simon daarentegen, vraagt zich af wie die beslissing maakt en wie verzint er een reden bij? En wat is dat ding waar lichaam en geest manifestatie van zijn? Volgens hem wil Lamme “illusies” als kwade demonen de wereld uitjagen, maar lukt het hem niet dat “ding” weg te toveren.

Verlangen is niet alleen een emotie van weemoed, maar is ook datgene dat het leven zin geeft.

Verlangen
De schrijver en filosoof beschrijft Schopenhauers visie op verlangen, bevestiging en nieuw verlangen. Die lijkt overeen te komen met Simons conclusie dat verlangen zin geeft aan het leven.
Simon stelt in zijn boek dat het uitblijven van bevrediging lijden betekent, het uitblijven van een nieuwe wens uit zich in een ijdel verlangen, verveling. Ergens is zijn bevinding niet vernieuwend, omdat we diep van binnen weten dat verlangen een drijfveer is. Door het lezen van het boek word je je daar wat meer bewust van. Verlangen is niet alleen een emotie van weemoed, maar is ook datgene dat het leven zin geeft.

De moderne mens
Simon wijst de lezer erop dat de moderne mens helemaal niet zo zelfbewust is als hij denkt. We raadplegen voor allerlei beslissingen anderen, zoals een coach, een trainer of een wetenschapper. Op sociale netwerken laten we vaak ook niet onze ware ik zien. Voor schaamte lijkt er helemaal geen plek te zijn en dat is zonde, want: ‘Schaamte loodst je doorgaans door de hachelijkste situatie heen, aangezien schaamtevol gedrag vrijwel onmiddellijk medelijden en compassie wekt. Maar als schaamte niet langer gewaardeerd wordt, dan missen we in de openbare ruimte ineens een belangrijk communicatief instrument, en treden we soms liever helemaal niet voor het voetlicht.’

Pienter boesoek: gewiekst zonder gemeen te zijn.

Pienter boesoek
Zoals eerder gezegd, duikt Simon in zijn eigen herinneringen en geeft daarmee een extra dimensie aan de thema’s die hij de revue laat passeren. In het hoofdstuk 9 belicht hij zijn Indisch-zijn in een leuke anekdote die verwijst naar de vraag: ‘Is een beetje kwaad misschien ergens goed voor?’ In de anekdote vertelt hij hoe hij als kind zijn moeder ‘misleidt’ door te vragen om een beetje van haar T, een chocoladeletter, wat zij opvat als ‘thee’. Het mag.

Vervolgens tovert hij de letter tevoorschijn en begint ervan te smikkelen. Wanneer zijn moeder doorheeft dat het een kwestie van misinterpretatie is, wordt zijn ‘durak’-daad gewaardeerd en mag hij de letter opeten. ‘Pienter boesoek’ noemt zijn vader het met trots. Wat dit betekent legt Simon als volgt uit: ‘Letterlijk betekent het bedorven slimheid, maar voor een indo is het een compliment: het is gewiekst zonder gemeen te zijn’.
Coen Simon portret
Kan een ‘leek’ dit boek ook lezen?
Dat was een vraag die ik mijzelf stelde toen ik het boek in handen kreeg – aangezien ik weinig filosofische kennis bezit. Gelukkig, het antwoord luidt: ja. Want naast de persoonlijke insteek, beheerst Coen Simon een schrijfstijl die lekker en duidelijk wegleest. Wél is het van belang met volledige aandacht te lezen. Niet omdat je het anders niet begrijpt, maar juist omdat het boek aanzet tot nadenken.