Begin vorige maand werd mijn zoon Reza geboren. Hij brengt de meeste tijd slapend door. De wereld is hem nog volstrekt onbekend. Ook van zijn Indische achtergrond heeft hij nog geen idee. Hij heeft geen weet van de -soms ingewikkelde- geschiedverhalen en eindeloze discussies (al dan niet op deze blog) over wel of niet Indisch zijn. Gelukkig maar. Wat maakt het hem ook uit. Hem interesseert voorlopig alleen melk drinken en slapen. Van beiden het liefst heel veel. Als zijn vader vraag ik me wel af wat zijn Indische wortels zullen gaan betekenen.
Een paar minuten nadat hij geboren was, was ik daar eigenlijk al mee bezig. Gek, maar het ging vanzelf. De arts legde hem in z’n blootje op zijn buik op een kussentje. Klaar om wat testjes met hem te doen. Wacht even, zag ik het nu goed? Zorgvuldig inspecteerde ik zijn rug en billen. Wat mijn Indische oma een-en-dertig jaar geleden bij mij deed (en jaren eerder ook bij mijn broers, neefjes en nichtjes), stond ik nu met hem te doen. De arts liet me mijn gang gaan. Die Apgar-test kan ook wel even wachten. Spotlight er op. Ja hoor, zonder twijfel: blauwe billen!
“Kijk hij heeft blauwe vlekken”, zei ik tenslotte trots tegen de arts, die hem vervolgens achterover liet vallen en liet trappelen boven het kussen. Goede reflexen: Apgar-score 10. Een 10 of niet, mijn Indische oma zou al gerustgesteld zijn geweest; net als mijn broers en ik heeft Reza bij zijn geboorte blauwe vlekken op zijn huid. Volgens haar was dat het teken dat we ‘echte’ indootjes waren. Mooi, dat is dan gelijk duidelijk.
In artsen taal heten het mongolenvlekken. Meestal, zoals ook bij hem, zit het op de rug, net boven het stuitje een klein vlekje, en vaak ook op de billen. Ook de kraamzorg wist me dat later thuis te vertellen. Terwijl ze voordeed hoe ik een poepluier het best te lijf kon gaan zag ze de vlekken. Volgens haar hebben donkere kindjes, vooral uit Azië, meestal een aantal van die vlekken. Het duidt erop dat de huid later donkerder wordt, de vlekken zelf trekken na verloop van tijd weg. Ik glimlachte, maar misschien kwam dat ook wel door de halve liter satésaus in zijn broek.
Wat onze familie-overlevering betreft, is hij dus onmiskenbaar een indo bij geboorte, maar wat krijgt hij nog mee van de Indische cultuur? Wat geef ik hem zelf mee? Hij heeft een Indische opa, verder alleen Hollandse grootouders, een Hollandse moeder en een vader die behoort tot de “volledig geïntegreerde derde generatie Indische Nederlanders” of, zo je wilt, Nederlanders met Indische achtergrond. Voor deze “vierde generatie” staat dat Indische dus zelfs nog meer op de achtergrond.
Tegen de tijd dat het hem wel interesseert zal ik hem in ieder geval vertellen over de geschiedenis en over wat ikzelf door mijn grootouders uit de eerste hand meekreeg. Ook zal ik hem laten proeven van de Indische cultuur zoals die hier in Nederland nog altijd, in allerlei verschijningen, te vinden is. En we nemen hem natuurlijk mee naar Indonesië, waar we een tijdje willen gaan wonen. Uiteindelijk moet hij dan zelf maar beoordelen wat die Indische achtergrond precies voor hem betekent. Als hij straks maar geen weblog gaat beginnen genaamd Indisch 4.0 ofzo.
Nice work Ed 🙂 Congrats!
Beste Ed en echtgenote van harte gefeliciteerd met jullie zoon,
nieuwe wereldburger en Indische Amsterdammer.
Ik wens jullie drieën het beste voor de komende jaren!
Lucky
Ed heel erg gefeliciteerd!
Wat geeft ik hem zelf mee stelt Ed Caffijn zichzelf de vraag. Dat vroeg ik mijzelf ook af toen mijn zoon 18 jaat geleden in Zwitserland geboren werd. Bij mijn zoon is van vaders- dus mijn zijde, de hele familietak Indisch, Nederlands bloed komt enkele generaties terug niet voor,zijn moeder is Italiaanse. In Zwitserland sprak hij Italiaans en Frans. In Italie spreekt hij alleen maar Italiaans. Hij vind het niet zo nuttig Nederlands te leren en ik geef hem gelijk. Maar toch loopt hij parmantig en trots in Italie, waar wij wonen te zwaaien met zijn Nederlands paspoort, hij heeft een dubbele nationaliteit, dat Italiaanse paspoort wil hij pas halen als het nodig is.
Hij kijkt mij laatdunkend aan als ik weer bezig ben een commentaar op eenn Indisch blog te schrijven, hij vind het verloren tijd, maar als hij er naar vraagt zal ik hem met alle genoegen de geschiedenis van de Indischen vertellen, mijn boekenkast staat er bol van. Als hij het vraagt zal ik met hem naar Indonesie gaan maar hem ook vertellen dat de Indischen Indie meegenomen hebben naar Nederland, in Indonesie is er niks meer. van over. Hij heeft een vader, die behoort tot de tweede generatie Indischen, niet geremd door zijn Indischzijn zijn weg in Nederland heeft gevonden, maar aan het Nederlandszijn een of andere manier niet volledig aan overgaf. Zijn vader verhuisde naar Zwitserland en nu in Italie en begon op oudere leeftijd de grote uitdaging aan; hoe dien ik als Indische mij op te stellen in een multiculturele wereld.
Zijn vader voelt zich niet aangepast in Italie, zijn vader kan in Italie niet wennen aan de arbeidsmentaliteit, vindt Italianen te nonchalant. Maar hij slentert sochtends wel naar de bar en neem met vrienden en bekenden een espresso, hij maakt her en der praatjes in de stad. Soms lijkt het wel Indie met zijn tijd-karet.
Hoe kan een Indische met zijn veelzijdige culturele bagage, zijn kennis van verschillende (niet alleen Nederlandse) culturen, met zijn aanpassingsvermogen , moed, doorzettingsvermogen en flexibilieit de uitdaging aan.
Ik denk dat de Indo, in het bijzonder de kleine Boeng, zich in de koloniale tijd tekort heeft gedaan en tekort is gedaan. Hij is door de koloniale structuur in zijn ontwikkeling blijven steken. Het vertrek uit de kolonien geeft de Indo de kans om zich te ontplooien, daarom is de Indische cultuur, als cultuur steeds in beweging, steeds in ontwikkeling is . Door onze ontluikende talenten te gebruiken kunnne wij volledig Indisch, volledig mens worden
Ik denk dat iedere indo dat voor zichzelf dient uit te vogelen en vertrouwen op de hoop, het leven geeft altijd een kans en je dient goed uit te kijken wanneer en welke trein of toekomst je moet pakken die langs komt.
Mijn zoon ziet er erg Indisch uit maar in Italie wordt dat niet zo opgevat want ze kennen de term niet. Maar hij is niet alleen uiterlijk Indisch maar ook van houding. Soms staan we samen naar iets te kijken, dan kijken we mekaar aan en dan begint onze non-verbale communicatie, gekke bekken trekken, we hebben overal commentaar op, waarbij ironie niet van sarcasme wordt onderscheiden, en altijd kritisch maar altijd open om een oplossing te vinden.. Daarna handelen we wel snel. I
k vind dat Indisch; die observerende en reflecterende houding omdat we niet van hier zijn, we willen ons altijd orienteren.
Dat is mijn boodschap is: de uitdaging van de hoop op ontwikkeling : het Indisch-zijn zal altijd op de voorgrond staan, misschien niet als zodanig gedefinieerd maar altijd aanwezig.
Ed, nogmaals gefeliciteerd.
Kasip, terlalu dus alsnog van harte Ed,…
De 4e generatie,… tijd raast voort, …
Idd heel benieuwd naar de ontwikkeling van deze toekomstige generatie,
salam Roy
Hoi Ed,
Alsnog gefeliciteerd!!!!!!
Ik heb dezelfde vragen, toen mijn mooie “blauwe” dochter, Jasmijn werd geboren 5 maanden geleden.
Ik heb er eigenlijk ook nog geen antwoorden op…
Groeten Paul
Inderdaad, van harte gefeliciteerd met de geboorte van je kind!
gr.
Dyan
Hoi Ed. Als spuit elf kom ik er achteraan gehold om je ook te feliciteren met de geboorte van je zoon. Ik vind Reza een mooie (Perzische?) naam.
Bedankt voor de reacties en gelukwensen! De naam komt inderdaad uit Perzië/Iran, heb ik me laten vertellen. Maar ook in andere landen in het Midden-Oosten en ook in Indonesië komt hij voor. Overigens, kennen jullie het fenomeen “blauwe billen” bij baby’tjes?
Proficiat! Leuk bedacht trouwens: de spekkoek met blauwe muisjes 😉
Jessica
roots matter | indolink.nl
Complimenten.
Erg mooi geschreven. Zonder spelfouten. Maar dat kun je aan I…. overlaten.
Mijn voornamen zijn:
Roelianto Mohamad.
Mijn in Nederland geridderde vader verblijft inmiddels in een hospice.
Terugdenkend aan Yogjakarta, en wat zijn achtergrond voor Nederlandse mensen heeft kunnen betekenen.
Papa wordt gecremeerd in zijn Hoog Javaanse cain.
Zo’n lendendoek.
Het zal zo zijn.
Amad Goossens