Amsterdam, 2 september 2008
door Ed Caffin

Op 24 augustus ging de nieuwe film van Hetty Naaijkens-Retel Helmrich in voorpremière tijdens de Scarabee filmweek in Apeldoorn. Ze produceerde met Scarabee Filmproducties al vele films, zoals de veel bekroonde Stand van Maan en Stand van de Zon, beiden geregisseerd door haar broer Leonard. De filmdocumentaire “Contractpensions-Djangan Loepah!” is haar regiedebuut.

De documentaire gaat over de tijd waarin een groot deel van de Indische repatrianten vanwege de woningnood in het naoorlogse Nederland na aankomst eerst in tijdelijke behuizing moest worden ondergebracht. De groep ‘exotische Nederlanders’ kreeg onderdak in zogenaamde contractpensions verspreid over het land. Voor de film interviewde Hetty Naaijkens een groot aantal direct betrokkenen in Nederland en het buitenland. Wat zij te vertellen hebben is soms ontroerend, vaak hilarisch en dan weer verbijsterend.

Voorafgaand aan de voorpremière sprak ik met Hetty Naaijkens en Mary Weinsteiner, die in een contractpension terecht kwam en in de film wordt geïnterviewd.


U heeft een documentaire gemaakt over de tijd van de Contractpensions. Wat wilt u met deze film vertellen?

HN – Ik wilde graag iets doen met dit verhaal. Het is een verhaal dat nog nooit verteld is, maar waarvan ik vond dat het wel verteld moest worden. Het verbaast me namelijk dat er bij veel mensen maar weinig bekend is over de Indische geschiedenis. Veel is weggemoffeld, terwijl het verhaal van de Indische Nederlanders een belangrijk onderdeel is van de Nederlandse geschiedenis. Ik hoop in de toekomst nog meer films te maken over Indische thema’s. Er zijn bijvoorbeeld mensen geweest die begin jaren zestig Indische Nederlanders hebben opgehaald uit Indonesië en naar Nederland hebben gebracht. En er zijn verhalen bekend van mensen die als verstekeling op de boot naar Nederland zijn gekomen. Maar er zijn daar ook Indische mensen gebleven. Wat is er met hen gebeurd? Dat soort verhalen wil ik ook vertellen.

En wat betreft deze film?

HN – Het verhaal waar deze film over gaat is natuurlijk maar een klein deel van die geschiedenis, maar wel een belangrijk deel. Wat vooral bijzonder is aan deze film is dat voor het eerst Indische mensen zelf uitgebreid aan het woord komen en vertellen wat zij hebben meegemaakt. Wellicht draagt de film bij tot een beetje meer historisch besef.

Is dat wat U met deze, en mogelijke toekomstige films, mensen wilt bijbrengen?

HN – Ja, op zich wel. In deze film gaat het over gevoelens van ontheemdheid en ontworteling. Mensen kwamen ineens in een vreemd, onbekend land terecht en ondanks dat Indische Nederlanders feitelijk Nederlandse staatburgers waren, werden ze hier behandeld als vreemdelingen.

MW – Je was eigenlijk “ontheemd in eigen land”. Dat was het gevoel wat wij en de meeste anderen wel hadden.

Gaat de film vooral daarover? Ontheemding?

HN – Het thema van de film is eigenlijk “overleven in moeilijke omstandigheden”, zoals in al mijn films het geval is. Maar daarnaast gaat het in deze film ook over onbegrip. Er was een nationaal trauma in Nederland toen de koloniale tijd eindigde en veel Indische Nederlanders repatrieerden. Men wist niet wat men daarmee aan moest. Er was veel onbegrip bij Nederlanders die nauwelijks iets wisten over de nieuwkomers. Maar er was ook onbegrip bij de Indische mensen die de cultuur en gewoonten van hier niet helemaal gewend waren. Men wist niet hoe het hier ging, dus men accepteerde het dat ze in kleine kamertjes in contractpensions terechtkwamen, en grote bedragen moesten betalen en zelfs jarenlang geld moesten terugbetalen voor de opvang die was geboden.

MW – Wij hebben nooit iets terugbetaald, mijn man weigerde dat.

HN – Dat is goed van hem geweest, maar het is wel een uitzondering. De meeste anderen waren minder assertief, terwijl velen eigenlijk werden uitgebuit door het moeten afstaan van grote percentages van hun salaris. De meeste mensen moesten lang veel geld moesten terugbetalen wat hen door de overheid was ‘geleend’ voor huisraad en kleding. Maar naar buiten toe klaagde men daar niet over. Dat is dan wel weer typisch. Men dacht vaak soedah, laat maar…

Waarom heeft u eigenlijk juist dit onderwerp gekozen?

HN – Men kwam na aankomst uit Indonesië meestal direct in een contractpension terecht. Dus voor Indische Nederlanders was dit de eerste ‘kennismaking’, de eerste ervaring met Nederland. Ik was benieuwd naar die ervaringen. Wat hebben ze meegemaakt? Wat voelden zij? Wat waren hun emoties?

En hoe was het om terecht te komen in een contractpension?

MW – Het was akelig. We hadden niets, geen rooie cent! Ik kwam aan in Nederland met één koffer. In het pension had ik een piepklein kamertje en kon ik me niet eens goed douchen. Dat was ik niet gewend. Ik vond het verschrikkelijk gewoon!

HN – Dat hoor ik van meer mensen. Er komen in de film verschillende mensen aan het woord, maar eigenlijk vertellen ze allemaal hetzelfde verhaal. De dingen die zijn gebeurd hebben tot bij sommigen uiteindelijk tot een soort wrok geleid. Mensen konden er tijdens het maken van deze documentaire vaak voor het eerst over praten.

Hoe was het om aan deze film mee te werken?

MW – Ik vond het best lastig om ook moeilijke herinneringen op te halen. Ik had daar nooit over gepraat. Nu ben ik blij dat het verteld is. Mijn kleinkinderen zijn me nu ook meer vragen gaan stellen. Dat vind ik wel bijzonder.

De film heeft in de titel “Djangan Loepah!” oftewel “Niet vergeten!” Wat moeten we vooral niet vergeten?

MW – Men moet lering trekken uit wat er gebeurd is met ons, vind ik. Er werd niets tegen ons gezegd toen we aankwamen, en er is ook nooit iets aan de Indische mensen zelf gevraagd. De jongere generatie moet hier kennis van nemen en van leren. Jongeren zijn tegenwoordig al veel mondiger en komen meer voor zichzelf op. Het was goed geweest als mensen dat toen meer hadden gedaan.

HN – Er werd inderdaad erg slecht gecommuniceerd vanuit de overheid. Dat is vrij kwalijk en een dergelijk gebrek aan communicatie leidt al snel tot veel onbegrip. Overigens is het stukje “Djangan Loepah!” in de titel de naam van een boekje die Indische Nederlanders kregen bij aankomst in Nederland. Er stonden allerlei lessen in over de Nederlandse cultuur en gebruiken. Ondanks de ongetwijfeld goede bedoelingen een voorbeeld van hoe het niet moet.

Wat voor reacties hoopt u te krijgen op de film?

HN – Ik ben vooral erg benieuwd naar de reacties van mensen uit de Indische gemeenschap. Daarvoor heb ik de film in eerste instantie gemaakt. Maar de film is ook heel relevant voor andere Nederlanders, omdat het zoals gezegd een belangrijk stuk van de Nederlandse geschiedenis is. Ik hoop daarom dat mensen massaal gaan kijken en dat het kijken van de film leidt tot meer kennis en begrip.

Tijdens het Nederlands filmfestival in Utrecht (van 24 september tot 3 oktober 2008) is “Contractpensions – Djangan Loepah!” te zien op zondag 28 september om 14.00 uur Rembrandt 3 (première) en op dinsdag 30 september om 20.00 uur in Hoogt 2. Vanaf 11 januari 2009 zal de film draaien in verschillende filmhuizen in Nederland. Klik hier door naar de website van de film.