Normaal gesproken interviewen we in deze rubriek kokende Indo’s, maar dit keer doen we het net even anders. Ik interview Enzo Schatz (27), fulltime bedieningsmedewerker bij en binnenkort bedrijfsleider van Indisch restaurant Blauw in Utrecht. 

Manusje van alles
Onderweg naar het cafeetje waar ik Enzo zal ontmoeten, bedenk ik mij dat wij als twee Indische horecadieren wel ontzettend veel met elkaar te bespreken moeten hebben. En ik heb gelijk, we hebben nog geen koffie of we praten al honderduit. Ik moet mijzelf zelfs tot de orde roepen om Enzo te interviewen en vraag hem als eerste hoe lang hij al werkzaam is in de horeca. ‘Pas anderhalf jaar,’ vertelt Enzo. ‘Blauw is het eerste restaurant waar ik werk.’

Na de middelbare school heeft Enzo eerst een tijd in het leger gezeten. Waarop hij nog drie seizoenen heeft gezeild en uiteindelijk anderhalf jaar geleden via zijn vader in de horeca terecht kwam. Enzo’s vader is Indisch en stelde, nadat die bij Blauw had gegeten, zijn zoon voor bij Blauw te gaan werken. En zo geschiedde. Ik informeer of het werken in een Indische restaurant een bewuste keuze was. ‘Nou, ja en nee, denk ik,’ antwoordt Enzo. ‘De link tussen mij en Blauw is natuurlijk het Indische, maar werk moet ook leuk zijn. Bij Blauw werken is heel leuk, maar of dat nou door het Indische komt?’

Het Indische zorgde er bij Enzo thuis in ieder geval wel voor een hechte gezinssituatie. De band met zijn broer en zussen is ontzettend sterk, maar ook met de rest van de familie is hij close. ‘Ik merk dat de familieband bij ons sterker is dan die bij familie van niet-Indische vrienden. Wij zijn veel closer. Mijn oma speelt ook een belangrijke rol in die hechtheid.’ Ook het overbekende ‘Indische zwijgen’ heeft een plekje in de familie van Enzo: ‘Mijn opa heeft aan het spoor gewerkt, maar welk spoor weten we niet. Hij wilde er nooit over praten. Ik zou mijn opa typeren als ‘temperamentvol.’ Ik zie dat dit effect heeft gehad op onze familie, vooral op mijn ooms en tantes.’ Als ik Enzo vraag hoe dit dan effect had, weet hij hier geen concreet antwoord op te geven: ‘Ja, moeilijk.’

Restaurant Blauw in Utrecht

Op de werkvloer en in de keuken
Enzo is ondanks zijn korte tijd in de horeca wel een echte horecajongen. Althans, dat baseer ik op gevoel, net zoiets als dat ‘Indische gevoel’. Hij heeft hart voor de zaak en weet van aanpakken.  ‘Binnen Blauw heerst een Indische, ontspannen en sociale sfeer.’ Vertelt Enzo. ‘De hiërarchie die de Franse keuken typeert zul je hier niet tegenkomen.’ Enzo vertelt verder: ‘Onze chef en koks komen allemaal uit Indonesië en spreken niet allemaal Nederlands. Maar soms is het niet nodig om met woorden te communiceren. Dat heeft met aanvoelen te maken, open staan voor elkaar, en er open voor staan om als een team te kunnen werken. Misschien is dat wel een beetje Indisch… Maar het kan ook de teambuilding zijn.’ Hierop vraag ik of de band met Indische collega’s anders is dan met zijn Nederlandse collega’s. Enzo: ‘Nou, met mijn Indische collega Saar ben ik twee handen op een buik. We zijn op elkaar ingespeeld, voelen elkaar aan en het klikt heel goed tussen ons. Die band heb ik niet met mijn Nederlandse collega’s, maar misschien zit dat verschil ook meer in parttime en fulltime medewerkers. Des te vaker je met iemand werkt, hoe beter je samenwerkt. Dat hoeft volgens mij niet per sé aan het Indische te liggen.’

Restaurant Blauw. Foto: http://www.flickr.com/photos/one-thirteen/

Wel of niet door het Indische, Enzo merkt toch een verschil tussen Nederlandse en Indische gasten. ‘Het contact met Indische gasten loopt lekker, er is een soort klik. ’ Die klik heeft hij niet met Nederlandse gasten, althans: ‘Ik vang wel eens een discussie tussen Nederlandse en Indische gasten op over mijn afkomst. Indische mensen zien het meteen dat ik Indo ben. Soms vermoeden Nederlandse gasten ‘iets’,  maar meestal hebben ze er geen flauw benul van dat ik Indisch ben.’ Als ik vraag wat die klik met Indische gasten dan precies is, zegt Enzo: ‘Ik denk dat het te maken heeft met de onderlinge herkenning. Vaak registreer ik dat niet eens bewust.’

Na het interview verzanden Enzo en ik in allerhande gespreksonderwerpen, en zijn we voor ik het weet drie uur verder. ‘Ja,’ zegt Enzo, ‘met sommige mensen heb je een klik. Misschien is dat dan toch het Indische.’

 

P.S. Ken/ben jij een Jonge Indo die graag in de keuken staat, en die mee zou willen werken aan een aflevering van “Jonge Indo in de Keuken”? Laat het ons weten via liselore@indisch3.nl